zaterdag 3 augustus 2013

Gemak dient de mens en zo ook de chronisch zieke

Vanaf de periode van mijn persoonlijke lichamelijke break-down in 2010 was het naar de apotheek gaan voor mijn medicatie zowaar een uitje. Een uitstapje waar ik naar uit kon kijken, zodat ik weer even in de bewoonde wereld was en mij onder de mensen begaf.

Vaak was het er naartoe rijden al een belevenis op zich, iets waar ik meer van genoot dan mijn lijf ervoor in wilde inleveren. En kreeg ik eenmaal in de apotheek, op een stoel, vele vragende blikken van oudere mensen die er maar wat graag wat van hadden gezegd dat ik een van hun plekjes in had gepikt. Zo was er ook een man die net iets te hard fluisterde naar zijn bijna dove vrouw, dat hij het maar wat asociaal vond dat ik dan óók nog eens met mijn telefoon in de hand zat. 
Die jeugd van tegenwoordig.. Ik was een ware relschopper, een crimineel en ik twitterde er ook nog eens over. Godzijdank dat ze zelf geen Twitter hebben, anders waren de gevolgen vast niet te overzien..

En ik vond het leuk, de gezichten, de mensen, de wereld die in beweging is en het feit dat sommige mensen het denkvermogen van een cocktail garnaal hebben, zonder het zelf te beseffen. 
Kleurrijke mensen die mijn dagen kleurden. Heerlijk. 

Het normale leven, heel even maakte ik er weer deel van uit. Bij het naar buiten lopen liep ik met een big shopper vol pillen, drankjes, en naalden in de hand naar buiten. Het besef dat ik deze producten allemaal zelf nodig heb, om mijn diesel motor draaiende te houden, daalde bij sommige nog niet in. Bij een apotheek waar het werktempo vele malen lager licht dan het tempo waarop de crisis aangepakt word, ben je natuurlijk een blok aan het been wanneer je een grote bestelling doet en deze ook nog eens na wilt kijken. Waag het dan ook niet om een medisch paspoort aan te vragen voor vakantie, dat is iets waar chronisch zieken al helemaal niet aan horen te doen. 
Ik ben er echt een, een lastige, eigenwijze, brutale jong volwassene. Ik voldeed perfect aan de ideeën en vooroordelen over 'de jeugd van tegenwoordig'. Een stuk tuig was ik, en dat allemaal zonder schaamte.

Nu, zomer 2013 mag ik bijna dagelijks even meelopen in de bedrijvigheid van anderen. Ik zie veel meer, ben meer onder de mensen en geniet er nog net zo van als de kleine bezoekjes aan de apotheek, die mij eigenlijk helemaal leeg zogen.
De veilige haven die ik voorheen kende, mijn apotheek, zie ik nu als een ruimte vol bacteriën, rondvliegende bacillen en een therapeutische ruimte waar menigt Dubbeldammenaar zijn of haar levensverhaal aan je kwijt moeten. Een plek waar ik kom om mijn brood nodige basisbehoeften te halen. Een plek waar ik de vrouwen achter de kassa beter ken als mijn eigen buren. 
Mijn snoepwinkel, mijn supermarkt.

Lang leven het gemak van thuisbezorgen! 
Deze -voorheen- fijne plek zie ik als en plek waar ik liever mijn heil niet meer zoek, het liefst begeef ik mij rond inspirerende mensen, lieve mensen, mensen die anders ziek zijn dan de mensen met de o zo verschrikkelijke en dramatische huis-tuin-en-keuken-kwaaltjes -type: 'ik heb bloed bij mijn snot'. 
Anders gezegd, geef ik mijn energie, mijn procentjes, mijn lepels (afgeleid van de lepel-theorie) liever uit aan dingen die ik leuk vind, die mij het waard zijn om mijn lepels eraan uit te geven. Ik wil iets meer meedraaien in de gewone wereld dan in de wereld van de patiënten. 
Gewoon zijn wie ik ben mét mijn hulpmiddelen. Zonder vooroordelen, en zonder de vragende blikken van mensen, want er is tenslotte -op mijn sportieve supper sokken na- weinig aan mij te zien.

En dus verwelkom ik de postbode met open armen en een rode loper, zal deze een nieuwe bekende gaan worden bij mij aan huis. Ben ik de luie chronisch zieke die thuis op haar medicatie gaat wachten. En mogen andere mensen -die er hun werk van hebben gemaakt- mijn voorraad in de gaten houden, herhaal medicatie aanvragen en opsturen. 

Gemak dient de mens en zo ook de chronisch zieke.
Thuisbezorgen is een luxe die ieder chronisch zieke vanuit het basispakket zou moeten krijgen, zodat wij ons op leuke dingen kunnen storten. Want wij zijn tenslotte al beperkt genoeg! 



               


1 opmerking: